De president van Zimbabwe Robert Mugabe is dinsdag afgetreden. Hij heeft dat in een brief aan het parlement laten weten, maakte de voorzitter van het parlement bekend.

Het voltallige parlement van Zimbabwe was dinsdag bijeengekomen om te praten over een afzettingsprocedure tegen Mugabe. De gesprekken zijn voorlopig beëindigd.

In het parlement brak na het bekend worden van Mugabe’s vertrek gejuich uit.

In zijn ontslagbrief zegt Mugabe “vrijwillig” te vertrekken om ruimte te maken voor een “soepele overdracht van de macht”. Hij kondigde aan zo snel mogelijk publiekelijk uitleg te geven over de achtergronden van zijn beslissing.

In de straten van hoofdstad Harare barstte een volksfeest los met toeterende auto’s en juichende mensen.

De voormalige vicepresident van Zimbabwe, Emmerson Mnangagwa, geldt als de mogelijke nieuwe leider van het land. Mnangagwa was een trouwe steunpilaar van Mugabe en werd in 2014 vicepresident. Dat was volgens waarnemers nadat op initiatief van Mugabes vrouw Grace vicepresident Joice Mujuru aan de kant was geschoven.

De 93-jarige Mugabe ontsloeg Mnangagwa 6 november met het kennelijke doel zijn 52-jarige vrouw Grace als opvolger aan te stellen. Mnangagwa vluchtte toen naar Zuid-Afrika. Hij zei dat hij en zijn familie bedreigd werden.

Het leger greep vorige week woensdag in, uit onvrede over de groeiende macht van de impopulaire Grace. Het leger noemde het geen staatsgreep en gaf Mugabe huisarrest.

In zijn omgeving probeerden officieren en partijgenoten hem ervan te overtuigen waardig het politieke toneel te verlaten. Mugabe heeft daar nu mee ingestemd.

Bijna 40 jaar aan de macht

De 93-jarige Zimbabwaanse president Robert Mugabe regeerde zijn land sinds 1980, vaak met harde hand. Geen prijs, inclusief bloedvergieten, was hem te hoog om zijn macht te behouden. Hij won vele verkiezingen maar die leken zelden vrij van fraude en intimidatie.

Robert Gabriel Mugabe werd in 1924 geboren in Kutama, in de toenmalige Britse kolonie Zuid-Rhodesië. Hij gaf enige tijd les in Ghana, waarna hij terugkeerde in Rhodesië (nu Zimbabwe) en begon aan zijn strijd voor de onafhankelijkheid van het land en de rechten van de zwarte bevolking.

In 1963 stichtte hij de Zimbabwe Afrikaanse Nationale Unie (ZANU). Vanaf 1964 zat hij tien jaar gevangen in een Rhodesische gevangenis. Intussen verklaarde in 1965 de blanke premier Ian Smith Rhodesië onafhankelijk.

Na zijn vrijlating begon Mugabe een gewapende strijd tegen deze Smith: de zwarte bevolking eiste meer zeggenschap van de blanke regering. Smiths blanke minderheidsregime stortte na veertien jaar internationale druk en isolatie in. In 1980 werd Zimbabwe een republiek binnen het Britse Gemenebest en Robert Mugabe werd premier.

Hij nam als regeringsleider ook blanke ministers op in zijn kabinet. Het contrast met het apartheidsregime in buurland Zuid-Afrika leverde hem veel steun en sympathie op. Aan de andere kant zette hij begin jaren 80 zijn in Noord-Korea opgeleide Vijfde Brigade in tegen de machtige stam in de regio Matabeleland, waardoor 20.000 doden vielen.

In 1999 kreeg de leider te maken met een steeds sterkere oppositie. Het kostte hem bijna zijn ambt toen de kiezers in 2000 een grondwetswijziging massaal afwezen. Met behulp van knokploegen, loyale officieren en verkiezingsfraude wist hij lange tijd de absolute macht te behouden.

De zittende president was in juni 2008 de enige kandidaat in de tweede ronde van de presidentsverkiezingen. Hij kon zich daarom opnieuw tot staatshoofd laten beëdigen. Met intimidatie en geweld had Mugabe de winnaar van de eerste ronde Morgan Tsvangirai en diens aanhang buitenspel gezet.

Het ontslag van zijn vice-premier Emmerson Mnangagwa luidde uiteindelijk het einde van zijn heerschappij in. Daarmee joeg hij het leger en zijn eigen partij tegen zich in het harnas.